Na veel discussie is eind mei de Wet toekomst pensioenen aangenomen door de Eerste Kamer. In dit artikel komen twee belangrijke gevolgen aan de orde. Vooral voor zelfstandigen zonder pensioenopbouw biedt de nieuwe wet al vanaf 2023 een mogelijkheid voor een forse extra fiscale aftrekpost.
Gevolgen voor alle pensioenregelingen
Het hoofddoel van de wet is de overgang naar premieregelingen waarbij de hoogte van pensioenuitkeringen onzeker is (namelijk een “pensioenpot” per werknemer met uitkeringen die afhankelijk zijn van onder andere ingelegde premies en behaalde beleggingsresultaten). Verder geldt daarbij voor iedere werknemer binnen een regeling een gelijk premiepercentage van maximaal 30%, ongeacht de leeftijd.
Dat leidt tot aanpassing van alle pensioenregelingen. De pensioenfondsen en verzekeraars hebben daarvoor tot 2028 de tijd. Werkgevers en werknemers hebben verschillende keuzes waarover de komende jaren nagedacht en besloten moet worden. Pensioenadviseurs zullen veel werk hebben om de overgang naar nieuwe pensioenverzekeringen te begeleiden.
Extra lijfrenteaftrek al vanaf 2023
De nieuwe maximumpremie van 30% gaat meteen al vanaf 2023 gelden voor de berekening van aftrekbare lijfrentepremies of -stortingen. De laatste jaren zijn bancaire lijfrentes (stortingen op een geblokkeerde bankspaar- of beleggingsrekening) erg populair, mede omdat lijfrenteaftrek bij hoge inkomens nog steeds tegen het hoogste tarief van 49,5% inkomstenbelasting kan plaatsvinden (anders dan bijna alle andere aftrekposten die tegen het laagste tarief worden berekend).
De maximale lijfrenteaftrek was tot de nieuwe Pensioenwet 13,3% van de premiegrondslag. Het nu met ingang van 2023 geldende maximum van 30% betekent dus een forse verhoging! De berekening van de zogenaamde jaarruimte voor de lijfrenteaftrek blijft verder vrijwel ongewijzigd. De berekening van de zogenaamde reserveringsruimte (niet benutte jaarruimte) is door de Pensioenwet een stuk gunstiger geworden: de inhaaltermijn van 7 jaar is naar 10 jaar gegaan en de maximale inhaalruimte is van € 8.065 gestegen naar maar liefst € 38.000.
Het gevolg van deze wijzigingen is dat dga’s, ondernemers en zelfstandigen die geen pensioen opbouwen jaarlijks forse aftrekbare stortingen vanaf 2023 kunnen doen. Bij een loon of winst vanaf ongeveer € 120.000 kan de aftrekpost maar liefst ongeveer € 70.000 zijn! Het nadeel van een lijfrente is dat de stortingen niet meer opneembaar zijn en dus echt geblokkeerd zijn. Daartegenover staan als voordelen de aftrekpost, de box 3-vrijstelling voor de geblokkeerde lijfrentesaldi en de toekomstige uitkeringen na pensionering tegen meestal een lager belastingtarief (op basis van de huidige wetgeving).
De nieuwe extra aftrekpost is vooral interessant voor wie voldoende liquiditeiten heeft en toch al spaart of belegt. Voor lijfrentestortingen blijft het mogelijk te kiezen voor een spaarvariant of een beleggingsvariant.
Uw adviseur kan uw aftrekruimte berekenen!
Uw fiscalist bij Lansigt kan voor u beoordelen welke lijfrentestorting optimaal voor u is. Voor advisering of bemiddeling bij concrete pensioen- en lijfrenteproducten is het mogelijk onze collega’s van FIRM Financieel in te schakelen.
28 juni 2023
Geplaatst in:
Nieuws,
Blogs