De minister van Financiën heeft de Miljoenennota gepresenteerd en het Belastingplan 2020 is bekend. Welke voorstellen bevat het pakket Belastingplan 2020? Wat heeft dat voor gevolgen? We zetten de maatregelen per onderdeel voor u op een rij met in deze special het onderdeel: Onroerend goed.

Aftrekbeperking hypotheekrenteaftrek eigen woning – versnelde afbouw

Sinds 2014 wordt het fiscale voordeel van de hypotheekrenteaftrek geleidelijk verlaagd met 0,5% per jaar, voor zover de rente wordt afgetrokken tegen het hoogste inkomstenbelastingtarief in box 1. In 2019 was het hoogste tarief 51,75%.

In 2018 heeft het kabinet aangekondigd dat de afbouw van de hypotheekrente vanaf 2020 wordt versneld met 3% per jaar in plaats van 0,5% per jaar.

In 2020 kan daarom de hypotheekrente nog tegen 46% worden afgetrokken in plaats van tegen 48,5%. In 2021 is het maximale aftrektarief 43% en in 2022 40%. In 2023 zal nog een keer een verlaging van 2,9% worden doorgevoerd, waardoor de hypotheekrente definitief aftrekbaar is tegen maximaal 37,10%. Dit percentage komt overeen met het tarief van de eerste schijf.

Let op! Voor de bijtelling van het eigenwoningforfait geldt deze tariefverlaging niet. Voor deze bijtelling geldt dus een maximaal tarief van 49,5%, wanneer het inkomen hoger is dan € 68.507.

Eigenwoningforfait omlaag

Nu het fiscale voordeel van de hypotheekrenteaftrek vanaf 2020 versneld wordt verlaagd, wordt het bijtellingspercentage van het eigenwoningforfait eveneens verlaagd. Voor woningen met een WOZ-waarde tussen de € 75.000 en € 1.060.000 gaat het percentage van nu 0,65% naar 0,60% in 2020, naar 0,50% in 2021 en 2022 en naar 0,45% in 2023. Voor woningen met een waarde hoger dan
€ 1.060.000 blijft het percentage 2,35%.

Verhoging overdrachtsbelasting voor niet-woningen

Momenteel bedraagt de overdrachtsbelasting voor woningen 2% en de overdrachtsbelasting voor niet-woningen 6%. De overdrachtsbelasting op niet-woningen, zoals bedrijfsgebouwen, bedrijfsruimten, grond die bestemd is voor woningbouw en hotels en pensions, gaat per 1 januari 2021 omhoog naar 7%.

Aanpassingen verhuurderheffing

Voorgesteld wordt om een structurele heffingsvermindering te introduceren voor nieuwbouw van woningen met een huur onder de laagste aftoppingsgrens van de huurtoeslag (€ 607,46 in 2019) in regio’s waar de druk op de woningmarkt het grootst is (heffingsvermindering nieuwbouw) en een tijdelijke vrijstelling voor de tijdelijke woningen die gerealiseerd worden in de periode 2020-2024 (vrijstelling tijdelijke woningen).

Verhuurders die verhuurderheffing verschuldigd zijn en nieuwbouwwoningen realiseren in zogenoemde schaarstegebieden, kunnen op grond van de voorgestelde maatregel in aanmerking komen voor een heffingsvermindering.

19 september 2019
Geplaatst in: Nieuws, Prinsjesdag