Deze Prinsjesdagspecial bevat voorstellen van het kabinet die de komende periode in het parlement worden behandeld. De voorgestelde maatregelen treden per 1 januari 2023 in werking, tenzij anders is vermeld. We zetten de maatregelen per onderdeel voor u op een rij met in deze special het onderdeel: Vervoer.
Van de wijzigingen in de bpm voor bestelauto’s van ondernemers en de bijtelling van de elektrische auto tot de verhoging van de vliegbelasting en de verlaagde accijnzen op brandstof: ook op het gebied van vervoer brengt het Belastingplan 2023 de nodige wijzigingen en gevolgen met zich mee.
1.1 Wijzigingen in bpm voor bestelauto’s van ondernemers
In de wet geldt momenteel een vrijstelling voor de bpm voor bestelauto’s die op naam worden gesteld van een btw-plichtige ondernemer. Het kabinet stelt voor om deze vrijstelling met ingang van 1 januari 2025 af te schaffen. De grondslag waarover bpm wordt berekend, is afhankelijk van de CO2-uitstoot. Met het voorstel wordt de grondslag voor de bpm voor bestelauto’s gelijkgetrokken met die voor personenauto’s.
Daarnaast wordt het tarief van de motorrijtuigenbelasting voor bestelauto’s van ondernemers per 1 januari 2025 verhoogd. In 2025 bedraagt de verhoging van de motorrijtuigenbelasting 15%, in 2026 gaat de motorrijtuigenbelasting verder omhoog met 6,96%.
1.1.1 Tarief bestelauto
De verschuldigde bpm wordt berekend aan de hand van een vast tarief (€ 66,91) te vermenigvuldigen met het aantal gram CO2-uitstoot per kilometer. De bpm van een emissievrije bestelauto is daardoor nihil.
Let op! Dit betekent hoe hoger de CO2-uitstoot, hoe hoger de bpm zal zijn voor een bestelauto.
1.1.2 Afschrijvingstermijn gebruikte bestelauto’s
Bij de berekening van de verschuldigde bpm voor gebruikte bestelauto’s wordt een vermindering toegepast. De vermindering is afhankelijk van het moment van eerste ingebruikname en het moment dat de bpm verschuldigd wordt. Voor een bestelauto bedraagt die vermindering op dit moment 100%, indien de eerste ingebruikname vijf jaar of langer geleden is. Omdat een ongelijk speelveld kan ontstaan met geïmporteerde bestelauto’s, wordt de afschrijvingstermijn van de verschuldigde bpm vanaf 1 januari 2025 verlengd naar 25 jaar.
1.1.3 Verschuiving belastingplicht voor afdracht bpm per 2025
Tot 1 januari 2025 wordt de bpm voor bestelauto’s geheven bij degene op wiens naam de bestelauto wordt of is gesteld in het kentekenregister. Met het vervallen van de vrijstelling voor de bpm wordt de belastingplicht verschoven van de tenaamgestelde naar de inschrijver van de bestelauto in het kentekenregister.
Overgangsrecht
Ondernemers kunnen tot 31 december 2024 ongewijzigd gebruik blijven maken van de vrijstelling voor de bpm, indien voldaan blijft worden aan de voorwaarden.
Tip! Wilt u nog gebruikmaken van de vrijstelling voor btw-plichtige ondernemers bij de aanschaf van een bestelauto? Bestel deze dan tijdig, zodat u in 2023 en 2024 gebruik kunt maken van de vrijstelling!
Tip! De hoogte van de bpm op bestelauto’s is afhankelijk van de CO2-uitstoot. Het is dus bij vervanging van bestelauto’s na 1 januari 2025 fiscaal voordelig om deze te vervangen door emissievrije bestelauto’s.
1.2 Elektrische auto
De bijtelling voor de elektrische auto met een datum eerste tenaamstelling of eerste toelating in 2023 gaat omhoog voor auto’s met een catalogusprijs van meer dan € 30.000. De lage bijtelling van 16% blijft ook in 2023 nog van toepassing, maar slechts over de eerste € 30.000 van de cataloguswaarde in plaats van de eerste € 35.000 (2022). Daarboven blijft de bijtelling 22%.
1.3 Verhogen vliegbelasting
Per 1 januari 2023 wordt de vliegbelasting verhoogd met een bedrag van € 17,95 per ticket, waardoor de vliegbelasting uitkomt op € 26,43 per vertrekkende passagier. Het maakt daarbij niet uit hoe lang de vliegreis is. Daardoor worden korte vluchten relatief zwaarder belast dan langere vluchten. Dit ligt in lijn met het doel om vliegreizen voor korte(re) afstanden te ontmoedigen.
1.4 Verlengen verlaagde accijnzen op brandstof
De verlaging van de accijns op brandstof die per 1 april 2022 is ingevoerd, blijft ook na 1 januari 2023 van kracht. De verlaging van de accijns op benzine, diesel en lpg bedraagt respectievelijk 17,3 cent, 11,1 cent en 4,1 cent. In het Belastingplan is opgenomen dat de verlaging geldt tot en met 30 juni 2023. Vooralsnog wordt de verlaging dus per 1 juli 2023 afgeschaft en vindt bij de afschaffing ook de jaarlijkse indexatie plaats.
26 september 2022
Geplaatst in:
Nieuws,
Prinsjesdag